Een paar jaar na het overlijden van zijn moeder wordt de 16-jarige Boudewijn 'ziek'. Hij is totaal apathisch en komt zijn bed niet meer uit. Zijn vader stelt hem voor de keuze: 'Vanaf nu schrijf je elke dag een stukje in dit schrift en je luistert elke dag naar tenminste één van deze cd's. Of ik laat je opnemen.'
Bou begint met forse tegenzin aan zijn 'strafwerk', maar gaandeweg blijkt zowel het schrijven als de muziek een uitlaatklep.